Docente Peuterdans, Kleuterdans, Modern, Jazz, Dansmix, Streetdance, Lady hip-hop en Tapdans
‘Er is maar een taal die iedereen op de wereld vloeiend spreekt, en dat is lichaamstaal oftewel dans!’
Jessica Dukker: ‘Waarom mijn hart bij dans ligt, vind ik altijd moeilijk te beschrijven. Je kunt dans gebruiken om je emoties in te uiten of om emoties van de muziek te versterken. Dansen leert je in oplossingen te denken, om creatief te zijn. Het is entertainment, kunst en sport. Al die aspecten maken het zo mooi. Dans blijft een constante zoektocht naar nieuwe bewegingen. Daar betrek ik de leerlingen ook bij.’
Dansbiografie van Jessica
Tijdens haar middelbare school volgde Jessica twee jaar de vooropleiding Dans bij het Randall Scott Dance Center. Daarna deed Jessica twee jaar de mbo-opleiding Dans, om vervolgens in 2015 haar hbo-opleiding Dansdocent af te ronden aan de Rotterdamse dansacademie Codarts. In de loop van de jaren kreeg Jessica les in een uiteenlopend scala aan dansstijlen. Sinds 2011 treedt Jessica met haar danspartner en een aantal zangers en zangeressen geregeld op in Holland Casino’s met verschillende avondvullende themashows. Met deze brede achtergrond startte Jessica in 2014 als docent bij Balletschool Heerhugowaard, waar zij lessen streetdance gaf. Van oktober 2015 tot juni 2016 heeft Jessica haar tijd bij de Balletschool onderbroken, om te dansen in Disneyland Parijs. Sindsdien is Jessica weer terug bij de Balletschool. Hier neemt ze de Moderne danslessen voor haar rekening.
Drie vragen aan Jessica
Vertel eens iets over Moderne dans, wat is dat precies?
‘De meesten kennen Moderne dans van programma’s als So You Think You Can Dance. Als ik in de les vraag wat Moderne dans is, hoor ik vaak: “Vloeiend en met veel gevoel.” Dit is zeker niet fout, maar in Moderne dans heb je uiteenlopende stijlen, zoals Limón, Cunningham, Graham, Countertechniek en Laban. In de ene stijl staan gevoel en emotie centraal en in de andere abstractie en toeval binnen de dans. De ene stijl houdt nog een beetje rekening met de klassieke ballettechnieken en de andere laat dit totaal los. Laban valt een beetje buiten het rijtje omdat dit niet zozeer een techniek is, maar meer een analysemethode van de manieren waarop je kunt bewegen. Via deze analyse is het makkelijker om bewegingen te begrijpen en om meer te variëren als je zelf een stukje dans maakt. Ik vind het altijd leuk om van alle stijlen wat mee te pakken en benoem ook uit welke stijl iets afkomstig is. Want er is maar één taal die iedereen op de wereld vloeiend spreekt, en dat is lichaamstaal oftewel dans! Wie benieuwd is naar Moderne dans, kan altijd een keer komen kijken of gewoon meedoen, zo’n ervaring vertelt veel meer dan dat ik kan uitleggen!’
Hoe zien jouw lessen eruit?
‘Uiteraard heeft elke les een opwarming, een kern met oefeningen en een danscombinatie, en een cooling down. Hoe ik dit iedere les invul, is afhankelijk van de dansstijl of het doel van de les. Ik probeer zo veel mogelijk moeilijke aspecten uit een combinatie voor te bereiden in een leuke oefening. Ook wissel ik actieve bewegingen af met wat rustigere oefeningen en verplaatsende met stilstaande. Daarnaast varieer ik in de muziek, die ik vaak op Spotify vind. Ik let erop dat bekende en onbekende muziek elkaar afwisselt, en dat het tempo of genre verschillen. De sfeer in mijn lessen is meestal lekker luchtig. Ik zet mezelf als docent niet graag bóven de leerlingen. Tijdens het dansen zijn we aan elkaar gelijk. Ook ben ik prettig gestoord, dus een grapje tussendoor is onvermijdelijk! Ik ben allergisch voor het bekende zinnetje: “Ik kan het niet’’. Als je alles al kon, hoefde je namelijk niet meer te komen. Je kunt het misschien nóg niet, maar ik doe er alles aan om je het zo snel mogelijk te leren.’
Welke doelen heb je voor jezelf of de leerlingen tijdens de les?
‘Ik vind het belangrijk dat ik als docent op meerdere manieren de lesstof, de bewegingen, aanbied, om zo aan te kunnen sluiten bij elke leerling. Ik kijk naar de meervoudige intelligentie, dat wil zeggen dat iedereen bijzondere talenten heeft, op zijn eigen unieke manier, ook tijdens het dansen. Zo laat ik een oefening of choreo voor de visuele leerlingen altijd duidelijk en voluit zien, laat ik de muziek horen en geef ik de accenten aan. Aan de muzikale leerlingen leg ik iets verbaal uit, ik geef hen de tijd om het tot zich door te laten dringen of het in hun lichaam te krijgen. Ik wil de leerlingen altijd meegeven dat niets fout is. Binnen een taal heb je ook verschillende dialecten en accenten, dat heb je ook met dans. Ik hoop dat leerlingen hun eigen bewegingskwaliteiten ontdekken en niet alleen mij als docent exact kopiëren. Over het algemeen hebben mijn lessen een pittig niveau, zodat leerlingen zich niet gaan vervelen en leerlingen met een iets lager niveau zich hieraan kunnen optrekken. Leerlingen met blessures of beperkingen krijgen altijd een alternatief als dat nodig is.’